14 juli 2007 Nuenen – Diest 100 km
Nadat we met Hans en Marion thuis nog een kopje koffie hebben gedronken kunnen we om 10.15 uur vertrekken richting Eindhoven. We pikken onze route van Benjaminse op in Eindhoven voor het station en gaan richting Waalre en via de Malpie naar Dommelen en Borkel en Schaft. In Achel komen we op het bekende rechte fietspad en 20 km verder zijn we in Hechtel waar we neerstrijken voor een overheerlijke pastasalade. Na de salade fietsen we het militaire oefenterrein op en komen inderdaad midden terecht in een oefening. Op nog geen meter afstand liggen her en der soldaten in vol ornaat met gespannen en voorzien van camouflagekleuren, gezichten. Het geweer in de aanslag en wachtend op “de vijand”. Wij hebben vakantie en vinden dit natuurlijk dolkomisch zodat we even afstappen en dit van dichtbij bekijken. Natuurlijk begrijpen we de non-verbale reacties en stappen weer op om onze weg te vervolgen.
We komen uit in Beringen-mijn waar de oude mijn nog prominent aanwezig is en komen op een heel mooie straat uit met voormalige directiehuizen. Zo worden we via de knooppunten naar Schaffen geleid. Schaffen kent Frans nog van de mooie sensationele mountainbike tochten die daar werden georganiseerd vanaf de kazerne. Op kilometer 95 komen we aan in Diest. We manoeuvreren onze fietsen door de (kermis)terrassen en vinden uiteindelijk het VVV. Nog 5 km fietsen wordt ons aangegeven en dan zijn we op de camping in de stille Kempen. Eerst het terras maar eens opzoeken waar we nog even kunnen mijmeren over de mooie route die we vandaag gereden hebben.
15 juli Diest – Provondeville 100 km Totaal 200 km
Na een bezoek aan de bakker voor ons ontbijt komen we op de Haspengouw-route. Deze volgen we de komende kilometers richting Tienen. Een mooi fietspad met afwisselende fruitbomen, weilanden en verschillende soorten hagen. Het is een drukte van jewelste op het fietspad want het is zondag en heel Belgie fietst lijkt het wel. Na 40 km zijn we in Tienen waar we onze dorst lessen. We vervolgen onze route richting Hoegaarden, een stad die bij bierminnend Brabant als muziek in de oren klinkt. Kijk, dat is nou weer het nadeel van fietsvakanties, je kunt onderweg niets drinken van al dat lekkers. Althans, dat is de afspraak die wij met elkaar gemaakt hebben; onderweg geen alcoholische versnaperingen. De route gaat dwars door het boerenland waar we onverhard doorheen slingeren. Vanaf Hoegaarden volgen we het fietspad Ravel 2. Het is onvoorstelbaar, hoeveel en vooral de lengte van de fietsroute’s hier. Het is mooi en heel rustig fietsen. Het is wel bekend dat Belgie pas laat de oude boemeltreintjes vaarwel heeft gezegd en nu veel fietsroute’s heeft liggen op deze “boemelroute’s”.
In Eghezée eten we een pizza en vervolgen de langzame klim naar Daussoix. Vanaf de top vliegen we daarna met een vaartje of 30 km.p.u. Namen binnen. We worden langs de Sambre en daarna langs de Meusse geloodst waar Frans inmiddels een spaak minder rijk is. Gelukkig kunnen we de asfaltweg naar Provondeville en de camping nemen. Van de 100 gefietste kilometers vandaag hebben we zeker 95 km over mooie fietsroute’s gereden.
16 juli 2007 Provondeville – Gembes 81 km Totaal 281 km
De beide fietsenmakers in Namen zijn gesloten dus fietsen we nog wat langs de Meuse om daarna een verkoelend bospad te volgen naar Dinant. Hier zitten drie fietsenmakers maar die hebben alle dezelfde werkdagen als kappers; niet op maandag. Wel treffen we hier diverse standbeelden van Antoine-Joseph (Adolphe) Sax die in Dinant op 6 november 1814 is geboren. Wij kennen hem als de uitvinder van de Saxophoon, het instrument waar vader en dochter Dulfer zo op kunnen rossen.
Vanaf Dinant begint het al behoorlijk te stijgen en via Walzin en Furfooz klimmen en dalen we constant naar Celles. Volgens kenners één van de mooiste dorpen van de Vlaamse Ardennen. Op een pittoreske plaats drinken we wat om daarna verder te klimmen naar het ‘Ardens plateau’, waar we een prachtig uitzicht over het Belgische land hebben. Gelukkig dat je hier niets merkt van de eeuwigdurende taalstrijd die de gemoederen in Belgie steeds meer bezighouden. Van hieruit komen we weer op Ravels 2 en via Focant komen we in Lavaux St. Anne waar we eindelijk iets kunnen eten. Ons eindpunt is nog 20 km verder en daarvan moeten we er ook nog een aantal stijgen en Carmen raakt al aardig uitgeblust.
Bij het bordje Gembes weten we dat we kunnen gaan dalen naar de camping met hotel waar helaas niemand aanwezig is. Er hangt een briefje dat men rond 17.00 uur weer terug is. We proberen een blik op de camping te krijgen wat niet lukte. Dan maar ergens even iets drinken wat een stukje verderop wel lukt. Om 17.00 uur moeten we nog even wachten waarna de eigenaresse op het podium verschijnt, voorzien van een blok gips aan het rechterbeen. Ze loopt moeizaam met krukken maar laat ons weten nog ruimte te hebben op de camping en legt ons de weg uit; rechtsaf door het poortje!!! De “camping” blijkt een achtertuin met plaats voor 2 tenten die niet al te ruim mogen zijn, daarnaast geen douche, en het toilet in het woonhuis. Wij willen eigenlijk niet weten hoe het hotel er dan uitziet! Madam de L’Endos stelt nog voor om een maaltijd voor ons te maken maar gezien de staat van de keuken en daarnaast het “blok aan het been” zeggen wij Madam geen moeite voor ons te doen. Wij vinden wel wat!
17 juli 2007 Gembes – Montmedy 85 km Totaal 366 km
Na een nacht van regen is het toch weer droog als we om 08.00 uur opstaan. Mevrouw de L’Endos is nog niet wakker en daarmee is de toegang tot het sanitair ook gesloten. Daarom is de tuin de aangewezen plaats voor een ochtendpiesje, het tanden poetsen en ons wassen uit de bidon. Wat een avonturiers zijn wij toch!! Voor € 10,= p.p. kunnen we ontbijten op de plaats waar we gisteren heerlijk gegeten hebben. De prijs is dan wel behoorlijk maar we kunnen ons dan ook laven aan de meest uiteenlopende (ontbijt)producten. Natuurlijk nemen we naar goed Hollands gebruik nog een yoghurtje mee voor onderweg en klimmen met een goedgevulde maag weer op onze aluminium rossen.
We mogen meteen in de beugels voor een mooie klim, en dat op volle maag. Richting Meni hebben we een schitterende route vanwaar we uitkomen op verschillende onverharde bospaden die ons na ruim 35 km in Bertrix brengen. Een levendig plaatsje waar we de plaatselijke flappentapper even aandoen. Via Orgeo gaan we richting Florenville waar we besluiten om via de abbay d’Orval te rijden. Hiervoor komen we op de weg naar Izel en Pin en wordt door Benjaminse het wasbord genoemd, klimmen, dalen, klimmen, dalen, klimmen, dalen, etc., héél vermoeiend. Het laatste gedeelte naar de abdij is fantastisch, heerlijk afdalen op een niet al te best bospad. De Abdij aan de buitenkant valt tegen. Frans moet weer likkebaardend toe zien hoe de toeristen de abdij gaan bezoeken. De abdij van Orval staat namelijk bekend om haar trappistenbier in het typische dikbuikflesje. Een van de zeven abdijen die het oorspronkelijke trappistenbier brouwen en het ook trappistenbier mogen noemen. Dit is niet iedereen gegeven, de overigen mogen zich abdijbier noemen zoals: Leffe en Grimbergen (die zelfs nog niet de juiste benadering van de smaak heeft).
Na het “droge” bezoek aan de abdij zakken we nog een paar km om de oorspronkelijke route weer op te pakken naar Montmedy. Een gemakkelijke klim en we zien de stadsmuren van het citadelle de Montmedy al voor ons. De camping de Municipal ligt erg mooi……………….behalve als je geen inkopen hebt gedaan. Terwijl Carmen de tent opzet laat Frans zich in het gat vallen waar het centrum van Malmedy zich bevindt. Je moet wat als de camping niks verkoopt en de winkels beneden liggen. Na een koel drankje en een heerlijk eigengemaakt diner is dat al weer snel vergeten.
18 juli 2007 Montmedy – Villers 90 km Totaal 456 km
In Montmedy hebben we meteen weer een fietsenmaker gezocht en gevonden. Hij was nog open ook maar hij had geen tijd voor ons. Typische Franse mentaliteit!!! Wij zijn onderhand in alle andere Europese landen wel anders gewend maar hier helaas niet. We beginnen daarom maar aan de eerste klim van deze dag richting Vigneal daarna dalend door een mooi glooiend landschap waar we enkele kilometers zullen blijven. Vanaf Brandeville krijgen we een stevige klim naar Haraumont en vandaar dalen we stevig richting de Maas bij Vilosnes. We volgen nu de weg naar Verdun en ook als deze rechts af gaat volgen wij trouw Benjaminse en fietsen km’s om maar wel door een mooi landschap!! Een landschap dat vaak bevochten is door de Duitsers en de Fransen. In Verdun hebben we via een fikse omweg en nog een andere fietsenmaker die ons ook niet wilde helpen, ondanks mijn reserve spaken, de route naar “Veloland” gevonden. In “Veloland” is men toch bereid om mijn spaak te vervangen. Helaas zat de spaak aan de verkeerde kant, bij het tandwiel, anders had ik het zelf opgelost en had me de moeite kunnen sparen om iedere keer opnieuw die Fransen te moeten smeken. Voor Frans een reden om nog harder naar het Spaanse land te fietsen!!!!
Een uurtje te moeten verpozen in een fietsenwinkel met TV waarop de Tour de France bezig is, is voor ons niet echt een straf en daarna kunnen we weer op de bike voor ons laatste stuk. We slaan onderweg nog wat proviand in voor de avond en ochtend en landen via “ons Marie” in Villers op een mooie camping bij een “bonjour-boer”. Een leuke camping waar we van alle gemakken zijn voorzien, overkapping, stoelen, tafel, koelkast en stroom. Wat wil een mens nog meer??
Een beetje vakantiefietser kan eigenlijk niet meer zonder stroom. Althans, de ietwat luxere fietser, want deze heeft een mobieltje, een videocamera, een digitaal fototoestel en wij hebben dan nog “ons Marie”, een TomTom voorzien van Belgische stem om ons in hachelijke situaties te helpen waarin Benjaminse niet al te duidelijk is. We moeten dus zo nu en dan “opladen”. Ik weet meteen ook zeker dat degene die zich echte vakantiefietser noemt, onze mening niet zal delen. Die gaat zonder al dat spul op stap!!
19 juli 2007 Villers – Badonvilliers 105 km Totaal 561 km
Rond 07.30 begint het te regenen en wil het eigenlijk niet stoppen. Andere fietsers, een jong Nederlands stel en een Belgische einzelgänger, hebben zich inmiddels onder ons aangrenzende afdak verzameld om de tent en bepakking te laten drogen. Tijdens het ontbijt kwamen natuurlijk alle verhalen los over de totnutoe gemaakte kilometers en de routes overal in Europa. De eenzame Belg verplaatst zich op een ligfiets en rijdt zo’n 200 km per dag om op tijd in Rennes aan te komen. Er is daar een straat-theater-festival. Hijzelf is ook straatclown. Het Nederlandse stel is onderweg naar Barcelona, dan naar Malaga en dan naar Santiago de Compostella. Verder sloot zich nog een Nederlands stel aan die alles vol bewondering aanhoorden en na die verhalen waarschijnlijk tot de conclusie zijn gekomen zoiets nooit te ondernemen. Althans, de gezichten die ze trokken bij onze verhalen lieten dit zien.
Om 10.45 uur hadden we inmiddels alles ingepakt en opgeladen en konden we weer (droog) op pad. Na 20 km zijn we in St Mihiel waar we proviand inslaan voor de dag en treffen daar onze Belg weer die inmiddels ook ingepakt had en dacht dat hij ons eerder zou “pakken”. Helaas voor hem zitten wij ook niet stil op de fiets.
We vervolgen de route door “hooi- en strooivelden” maar met veel groene weilanden omringd door bomen. Mooi om doorheen te fietsen en iedere klim wordt gevolgd door een mooie afdaling. We kiezen voor de linkervariant in de route en gaan dus richting Toul. We stijgen en dalen weinig dus blijven mooi op hoogte, wat heerlijk fietst. Na 50 km zoeken we een bankje en genieten van onze lunch. We koersen af op Vaucouleurs, de eerste redelijke plaats met een hotel en gites. Bij navraag bij de plaatselijke VVV blijken deze allemaal bezet!! 12 km verder ligt wel een camping.
Frans laat de VVV-mevrouw even bellen met de camping maar er is voldoende plaats vrij. Na nog een flinke klim komen we terecht op de plaats waar de camping zich moest bevinden. Het was helemaal niet als zodanig herkenbaar! Er is ook niemand te bekennen en de in de Auberge staan de stoelen op tafel! Na enige tijd blijkt dat het hetgeen wij als weiland aanzien, toch de campingplaats te zijn. Het weiland ligt bovenop een bult en we kijken mooi over het landschap uit. Vlug de tent opzetten waarna het na 10 minuten begint te regenen. Als we aan de nootjes zitten te snoepen komt er leven in de brouwerij. Een Nederlandse jongen van 19 jaar uit Brummen komt op zijn racefiets aan en vraagt ons of dit de camping met restaurant is. Ja dus!! Niet lang daarna komt ook de boerin zich voorstellen. We vragen of de herberg nog open gaat, wat helaas niet het geval is. Frans legt haar uit dat we toch wel iets willen eten en zij komt tot de slotsom dat ze zelf maar de keuken in moet. Overigens zonder dat ze dit echt erg vindt. We vertellen dat we de hele dag gefietst hebben en dus uitgehongerd zijn. Vervolgens zoeken we het sanitair op dat er geweldig uitziet. Samen met Mart genieten we van de opgediende etenswaren: frites met kip, stokbrood met omelet, wijn, appelgebak en een biologisch melktoetje van de boerderij zelf. We genieten niet alleen van de etenswaren maar ook van de eetlust van onze Hollandse vriend. Tot de laatste kruimel verdwijnt alles in dat jonge lichaam. Gelukkig is hij geen drinker!!
20 juli 2007 Bodonvilliers – Andelot 51 km Totaal 612 km
Al vroeg in de ochtend horen we de eerste druppels op de tent slaan waarna het rond 08.00 uur serieuzer begint te regenen. Eigenlijk de tijd dat wij normaal opstaan en een uur later op de fiets zitten. Na een half uur lijkt het wat op te klaren en als na nog een half uur later Mart op zijn fiets springt, beginnen wij ook weer met inpakken. De matjes zijn inmiddels opgerold maar de lucht belooft niet veel goeds. Binnen een kwartier zitten we in een hoosbui van jewelste. Het is aardedonker, de tent wordt alle kanten opgegooid en het dondert en bliksemt onophoudelijk. Zelden hebben we zoiets meegemaakt en al helemaal niet in een tentje eenzaam op een heuvel in een zwart landschap. Onze Vaude Opera (de tent) houdt zich sterk en stelt zich erg flexibel op. Gelukkig maar, anders hadden we echt een probleem.
Om 12.00 uur is alles opgeklaard en kunnen we tegen een forse wind in richting Grand om ergens onze route weer op te pikken, die we hadden moeten verlaten om deze fantastische eet- ,slaap- en klimaatervaring mee te mogen maken. Voor Carmen is het een enorm gevecht tegen het element “wind” wat een enorme inspanning vergt. Frans doet alle mogelijke moeite om haar op de een of andere manier “uit de wind” te zetten maar dat valt nog niet zo mee met een vallende wind uit allerlei hoeken. In Trampot kunnen we lekker eten en daarna het gevecht vervolgen richting Busson. Naar Reynel krijgen we een stuk bos wat enorm scheelt maar dit is helaas maar van korte duur.
Na ruim 50 km is de camping in zicht en kan Frans zich nog even uitleven om in het dorp de “broodnodige” boodschappen te doen.
21 juli 2007 Andalot - Villegusier le Lac 87 km Totaal 700 km
Na een koude nacht worden we om 08.00 uur wakker van de zon op onze tent. Snel opbreken, in Andelot ontbijten en de eerste klimmetjes richting Morteau, Ageville en Mandres te gaan overbruggen. Het is een fantastische omgeving waar je na flink wat klimmetjes het plateau van Langres bereikt. Ook onverhard moet er gefietst, en door sommigen, gelopen worden. In Vesaiges draait men naar het dal van de Marne. Vandaar beginnen we aan heel wat kilometers jaagpad langs het Canal de la Marne á Saone.
Voorbij willen we de tunnel nemen van zo’n 5 km waardoor we een aantal kilometers afsnijden. Het is eigenlijk verboden gebied maar een paar fietsers hebben deze belevenis al eens meegemaakt en waren razend enthousiast. De route is inmiddels versperd door een stalen deur maar een paar Franse pubers weten deze deur snel te openen. Met onze lampjes op het hoofd starten we onze tocht in deze aardedonkere tunnel. Na enkele tientallen meters ziet Carmen “het helemaal niet meer zitten” en draaien wij om, om toch weer het asfalt op te zoeken.
Je maakt wat km’s extra maar je geniet van het zonlicht en de buitenlucht!! Na 87 km bereiken we de camping en hebben we weer zitten te genieten op de fiets. Zo’n vakantie is toch geweldig. We vertellen dit niet tegen iedereen anders wordt het te vol op de fietsroute’s!!
22 juli 2007 Villegusier le Lac – St. Nicolas 110 km Totaal 810 km
Vóór 09.00 uur zitten we al weer op de fiets om onze route langs het Canal te vervolgen. Via Piepape, Dommarien, Dardenay en Cuvey. Hier dachten we op zondag brood te kunnen kopen maar de man die het bordje “pain”ophing had het alleen maar over “non commercie”!!! Volgens ons is “pain” toch niets anders dan “pain”. Maar ja, het blijven Fransen!! We fietsen door en volgen opnieuw het Canal en dat is uitkijken geblazen want het pad is niet al te best. En dat ook nog met een lege maag. In St Seine vinden we eindelijk een bakker voor ons ontbijt. Als je op zondag oplet waar de dorpsgemeenschap heenloopt kan het twee dingen betekenen: of ze gaan naar de kerk, of naar de bakker!! Met een gevulde maag vertrekken we richting Montmancon.
De heuvels zijn al drie dagen in beeld en ook de wind is een felle tegenstander. Gelukkig heeft Frans, ondermeer, een brede rug en houdt hij een hoop wind tegen. Voorbij Drambon duiken we het bos in om na 15 km in Premieres uit te komen. Na 80 km zijn we nog geen restaurant of café tegengekomen dat open is op zondag. In Premières nuttigen we een banaan en zwoegen we tegen de wind en heuvels verder. We fietsen door Pluvant en klimmen er weer uit naar de heuveltoppen, we dalen naar Tart les Bas en klimmen naar Tart le Haut, Averey, Izoure en tot slot komen we in St. Nicolas. Daar is een Chambre d’Haut maar die zit helaas vol…………………………!!! Madame ziet dat we de fietsen volgeladen hebben en vraagt ons of we ook een tent bij hebben, wat natuurlijk het geval is. Ze heeft een hele grote tuin waar we beslist gebruik van mogen maken. Ook haar eigen douche is voor ons beschikbaar.
Omdat het dorpsrestaurant gesloten blijkt moeten we het weer op ons eigen pitje doen. Opnieuw een heerlijke pasta uit een zakje. De fles Bourgogne Pinot Noir, die onze gastvrouw wel had maakt veel goed. Sommige inwoners van Frankrijk zorgen voor een aanpassing van het gemiddelde!!!
Naar deel 2
|